Sluiting woning vanwege overlast
Buurtbewoners klagen bij de burgemeester over het leefgedrag van de buurman en zijn medebewoonster. De omwonenden ervaren al geruime tijd stankoverlast en geluidsoverlast. De burgemeester besluit, op grond van artikel 174a Gemeentewet, over te gaan tot sluiting voor twaalf maanden van de woning.
De rechter stelt dat de wetgever in de eerste plaats heeft beoogd de burgemeester een instrument in handen te geven ter bestrijding van drugsoverlast vanuit woningen. Ook niet drugsgerelateerde overlast, die de veiligheid en gezondheid van de mensen in de omgeving van de woning zou bedreigen, kan woningsluiting rechtvaardigen. De sluiting moet, gezien artikel 8 EVRM, voldoen aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit.
Woningsluiting is enkel mogelijk wanneer door concrete, objectieve en verifieerbare gedragingen in de woning de openbare orde ernstig rond de woning wordt verstoord. Deze verstoring moet gepaard gaan met maatschappelijk onaanvaardbare overlast. Daarnaast moeten geen andere en geen minder ingrijpende middelen voorhanden zijn om de overlast in voldoende mate te kunnen bestrijden.
Uit het overgelegde dossier blijkt niet dat sprake is van de vereiste ernstige verstoring van de openbare orde rondom de woning. In het dossier zijn geen op ambtseed of –belofte opgemaakte politierapportages of rapportages van ambtenaren van de gemeente Heerlen opgenomen.
Daarnaast bevat het besluit geen begunstigingstermijn, zoals vereist in artikel 174a lid 4 Gemeentewet, waarbinnen verzoeker maatregelen mag treffen om de verstoring te beëindigen. Dat de buurman de facto een termijn geboden is van vier weken doet aan de onrechtmatigheid van het besluit niets af.
De voorzieningenrechter wijst het verzoek tot het treffen van voorlopige voorziening toe. Zie BG6690.
Bij deze uitspraak schreef ik een commentaar. Zie hier. Zie ook het rapport over de Wet Victoria uit 2009 dat ik voor de VROM-inspectie schreef.