Hennepteelt leidt tot ontruiming huurwoning
Een huurder teelt hennep in de woning. De verhuurder wil de woning ontruimen wegens de hennepteelt. De huurder zegt dat de hennepkwekerij van haar vriend is en dat zij niets van de teelt wist.
De rechter acht dit niet relevant en overweegt:
De voorzieningenrechter heeft de indruk dat als [gedaagde 2] inderdaad niet van de kwekerij afwist, dit vooral komt doordat zij daarvan niet wilde afweten. Het bevreemdt dat [gedaagde 2] bij haar echtgenoot geen nadere inlichtingen heeft gevraagd over de vriend van [gedaagde 1] en diens spullen die in de zolderkamer zouden worden opgeslagen, zeker nu deze opslag kennelijk de aanleiding was om zelf naar een kleinere slaapkamer te verhuizen. Verder acht de voorzieningenrechter het gelet op de omvang van de kwekerij onaannemelijk dat er voor [gedaagde 2] geen enkele aanwijzing is geweest dat de zolderkamer anders dan alleen voor de opslag van goederen werd gebruikt. [gedaagde 2] had daarvan ten minste enig vermoeden moeten hebben, zodat het op haar weg lag daarover bij haar echtgenoot duidelijkheid te verkrijgen. Naar voorlopig oordeel valt [gedaagde 2], zelfs als zij inderdaad niet van de hennepkwekerij afwist, op dit punt wel enig verwijt te maken.
De woning moet worden ontruimd.
Zie LJN: BQ1514