Verhuurder voert rechtszaak over verloederde en niet onderhouden tuin

Een huurder onderhoudt de tuin bij zijn huurwoning niet. De verhuurder stapt naar de rechter en stelt het volgende:

[gedaagde] heeft nagelaten om als goed huurder zijn tuin te onderhouden. Takken van een boom of bomen en/of een struik of struiken hangen over de naburige percelen. De bloesem en bladeren van die takken vallen op naburige percelen en in de brandgang, waardoor zijn direct omwonenden, die tevens huurder van Tiwos zijn, overlast ondervinden en worden gestoord in hun woongenot. Tiwos heeft [gedaagde] vanaf medio 2010 schriftelijk op zijn onderhoudsverplichting gewezen en hem gesommeerd de overhangende takken van zijn boom/bomen en/of struik/struiken te snoeien c.q. te verwijderen, zodanig dat de overlastveroorzakende situatie wordt opgeheven.

Naast het veroorzaken van overlast is er een reëel risico dat de wildgroei aan begroeiing in de tuin van gedaagde schade veroorzaakt aan het gehuurde. De verwilderde klimplanten die tegen de voor- en achtergevel groeien, kunnen die gevels en/of de kozijnen daarin beschadigen. Tevens staat een boom achter in de tuin op zeer korte afstand van de berging. Die boom is door gebrek aan onderhoud buiten proporties gegroeid. Er bestaat een reëel risico dat zijn wortels (het fundament van) de berging ondermijnen en/of de takken het dak daarvan beschadigen. Om schade te voorkomen heeft Tiwos besloten om de klimplant aan de achterzijde van de woning en de boom geheel te (laten) verwijderen. Zij heeft aan [gedaagde] verzocht om zijn toestemming hieraan te verlenen, waarbij de kosten voor rekening van Tiwos zouden komen. [gedaagde] heeft echter op dit verzoek niet gereageerd.

De verhuurder wil dat de rechter haar machtigt om de tuin te onderhouden en dat de huurder de kosten daarvan moet dragen. De rechter overweegt:

3.4 Vooropgesteld moet worden dat een huurder binnen zekere grenzen een grote mate van vrijheid heeft in de wijze waarop het gehuurde door hem wordt ingericht. Dit geldt ook voor de tuin. Wijziging van de bestemming van het gehuurde, overlast aan omwonenden of schadeveroorzakend handelen of nalaten zijn enkele factoren die deze grenzen aangeven en de vrijheid van de huurder inperken.

(…)

3.6 Artikel 7:213 BW verplicht [gedaagde] om zich ten aanzien van het gebruik van de tuin als een goed huurder te gedragen. Dit sluit in dat hij ook jegens zijn buren een zorgplicht heeft, aldus dat hij geen overlast mag veroorzaken. Dat [gedaagde] zijn tuin niet ordent op een wijze zoals veel mensen doen en hij ten behoeve van vogels, en daarmee voor zijn eigen genot, weinig tot geen onderhoud pleegt, is echter een op zichzelf te respecteren keuze en staat niet ter beoordeling van Tiwos. Tiwos stelt weliswaar dat sprake is van overlast maar heeft dit op geen enkele wijze onderbouwd. Enkel in de verklaring van [gedaagde] dat één van zijn buren klaagt en overhangende takken die vervolgens over de omheining in de tuin van [gedaagde] worden gedeponeerd, kan een erkenning voor die stelling van Tiwos worden gehoord. [gedaagde] heeft echter tevens verklaard dat andere buren niet klagen, hetgeen Tiwos niet gemotiveerd heeft weersproken. Gelet op het ontbreken van een deugdelijke onderbouwing van haar stelling dat sprake is van overlast kunnen derhalve de vorderingen die zien op, kort gezegd, het plegen van tuinonderhoud door Tiwos, niet worden toegewezen op de grond dat [gedaagde] zijn zorgplicht tegenover zijn buren verzaakt. Waar niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 111 lid 3, tweede zin van het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering (Rv) ziet de kantonrechter geen reden om Tiwos alsnog tot bewijs van haar stelling toe te laten.

De rechter verleent de verhuurder de bevoegdheid om een boom om te zagen en klimplanten te snoeien. De rechter stelt verder:

3.11 De kantonrechter ziet verder geen gronden om Tiwos toe te staan om uit de tuin van [gedaagde] planten te verwijderen dan wel vanuit diens tuin overhangende takken te snoeien of te verwijderen, behoudens voor zover die het gebruik van de brandgang (kunnen) hinderen. De beide buren zijn immers zelf gerechtigd om alle plantmateriaal dat vanuit de tuin van [gedaagde] in of over hun tuinen doorgroeit te verwijderen. Te meer nu niet is gebleken dat zij daarover bij Tiwos hebben geklaagd, laat staan dat zij daardoor zouden worden gestoord in het rustig woongenot dat Tiwos hen moet verschaffen of zich in redelijkheid jegens Tiwos kunnen beroepen op overlast en in het algemeen geldt dat huurders zelf verantwoordelijk zijn voor het onderhoud van hun eigen tuin, valt niet in te zien dat Tiwos ten behoeve van [gedaagde]s buren dergelijk onderhoud in de tuin van [gedaagde] pleegt. Overigens zal na het rooien van de krulhazelaar in ieder geval geen hinder meer kunnen worden ondervonden van overhangende takken van deze boom.

3.12 De in de tuin verspreid liggende roerende zaken -voor sommigen afval en voor anderen, althans voor [gedaagde] nog van waarde- zijn geen onderwerp van dit geschil. De kantonrechter zal zich daarom onthouden van een oordeel over de wenselijkheid om enkele van die zaken die bij gelegenheid van de plaatsopneming wel ter sprake zijn gekomen, te behouden. Wel wil de kantonrechter [gedaagde] er aan herinneren dat hij heeft toegezegd de autoaccu uit de tuin te verwijderen. Deze kan immers bodemverontreiniging en derhalve schade aan het bezit van Tiwos veroorzaken.

Zie LJN: BR3352.