Exploitatievergunning rechtmatig ingetrokken na vechtpartij
De burgemeester van Rotterdam trekt op grond van de APV een exploitatievergunning voor een horeca-inrichting in. Voor de inrichting heeft een vechtpartij plaastgevonden, waarbij ook personeel van de horeca-inrichting betrokken was. De eigenaar van de inrichting gaat in bezwaar en beroep. De Afdeling geeft hem uiteindelijk geen gelijk:
“Het betoog van [appellant] dat hij zelf is mishandeld, hoewel hij geen geweld heeft gebruikt, gaat voorbij aan het verwijt dat hem op grond van de opgestelde politierapportage wordt gemaakt, namelijk dat hij niet in staat is geweest om tijdens het incident zijn personeel in de hand te houden, dat zijn personeel aanmerkelijk ernstiger geweld heeft gebruikt tegen de bezoeker en dat die bezoeker vervolgens in elkaar gezakt en bebloed werd achtergelaten. Bovendien wordt [appellant] verweten dat hij niet de politie heeft gewaarschuwd. Met de voorzieningenrechter is de Afdeling van oordeel dat de burgemeester in dit incident in redelijkheid grond heeft kunnen vinden de exploitatievergunning in te trekken.”
Ook dient de duur van de intrekking niet gematigd te worden.
Zie LJN: BM4183.