Corporaties kunnen overlast veel effectiever aanpakken

Overlast woning woonwijk (c) Michel VolsEen buurman die consequent ’s nachts inspiratie krijgt om te drummen of een buurvrouw die het niet kan laten om jouw tuin te gebruiken als toilet voor haar huisdieren. Bijna iedereen kan zich het ongemak en de ergernis voorstellen. Toch gaat de aanpak van woonoverlast vaak moeizaam. Dat kan beter, vindt Michel Vols, specialist op het gebied van openbare orde en overlast aan de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Woningcorporaties hebben veel meer instrumenten in handen om overlast tegen te gaan dan alleen uitzetting.’

Dagelijks ontvangt Vols tientallen mailtjes van mensen die overlast ervaren van hun buren. ‘Dat gaat van mensen die steeds wakker worden van een brommend Senseo-apparaat tot mensen die last hebben van spelende kinderen of de luidruchtige seks van de buurman.’ Maar het kan ook erger, weet Vols. ‘Ruzies lopen soms zo hoog op dat mensen een gat maken in de vloer van hun appartementencomplex, zodat ze er frituurvet doorheen kunnen gieten, recht de woning van hun buren in. Dan spreek je echt van burenterreur.’

Huiverig voor uitzetting

‘Om te voorkomen dat burenoverlast uit de hand loopt, wordt in steeds meer gemeenten gebruik gemaakt van mediation of buurtbemiddeling. Maar als dit niet blijkt te werken, laten veel woningcorporaties het erbij zitten. Vooral omdat ze terugschrikken voor het enige instrument dat ze dan nog in handen hebben: de overlastveroorzaker uit zijn huis zetten.’

‘De huidige aanpak is daarmee voor geen enkele partij ideaal’, stelt Vols. ‘De slachtoffers moeten vaak lang wachten voordat actie wordt ondernomen. Voor het tot een rechtszaak komt, hebben ze vaak maanden- en soms zelfs jarenlang een overlastdossier moeten opbouwen. Een soort overlastdagboek, waaruit duidelijk wordt dat de situatie onhoudbaar is.’

Ook overlastveroorzaker de dupe

Ook voor de overlastveroorzaker biedt deze aanpak geen oplossing. ‘Hij kan zich weliswaar lange tijd misdragen, maar uiteindelijk wordt hij geconfronteerd met de meest ingrijpende inmenging in zijn privéleven: het verlies van de woning.’

Daarbij is de kans klein dat diegene na een huisuitzetting nog terecht kan op de sociale woonmarkt, omdat woningcorporaties steeds nauwer samenwerken en samen zwarte lijsten bijhouden van overlastveroorzakers. Vols: ‘Iemand die ooit is uitgezet, bijvoorbeeld omdat hij een hennepkwekerij heeft gehad, is daardoor automatisch aangewezen op het circuit van huisjesmelkers. En omdat het vaak gaat om mensen die niet bepaald veel geld hebben, worden ze zo in de armen gedreven van foute huurbazen. Dat is dus geen oplossingsgerichte aanpak.’

Gedragsaanwijzingen

Vols is er dan ook van overtuigd dat de aanpak – zeker in eerste instantie – niet gericht moet zijn op het vertrek van de overlastveroorzakers, maar op een echte oplossing. ‘Verhuurders zouden bijvoorbeeld eerder kunnen optreden door gedragsaanwijzingen op te leggen die zijn afgestemd op de overlastgever. Iemand moet bijvoorbeeld zijn huisdieren wegdoen of mag bepaalde mensen niet meer thuis ontvangen. Doet hij dit toch, dan riskeert hij een boete of – toch – een huisuitzetting. Als iemand de keuze heeft tussen het geven van een feestje of zijn huis uitmoeten, is de keuze snel gemaakt.’

Naar Engels voorbeeld

In Engeland doen ze iets vergelijkbaars. Anti-social behaviour orders, noemen ze het daar. Op verzoek van de verhuurders (in veel gevallen de lokale overheid) worden bepaalde gedragsaanwijzingen opgelegd door de rechter. ‘Denk bijvoorbeeld aan aanwijzingen als het verplicht volgen van een agressiereductietraining of het accepteren van drugshulpverlening. Vols: ‘Op die manier kun je in samenwerking met hulpverlening toewerken naar een oplossing.’

Corporaties kunnen ook zelf afspraken maken met de overlast veroorzakende huurder, als stap die voorafgaat aan een door de rechter opgelegde gedragsaanwijzing. Vols. ‘Ook dit gebeurt al in Engeland, waar verhuurders en huurders eenacceptable behaviour contract opstellen. ‘In feite zegt de verhuurder dan: er hebben mensen last van je. Wat denk je daar zelf aan te kunnen doen? In veel gevallen werkt dat erg goed. Met zo’n afspraak geeft de verhuurder zo iemand nog een kans, maar dan wel met een rechterlijk aura.’

—-

Gepubliceerd op www.rug.nl (23 mei 2013) en het Dagblad van het Noorden (28 mei 2013).